Ook krakers willen wel een antikraak-overeenkomst

De gekraakte boerderij is gelegen in een recreatiegebied. De eigenaar van het recreatiegebied heeft de eigenaar van de boerderij verzocht zorg te dragen voor spoedige actie en ontruiming van het woonhuis. De krakers lappen namelijk de regels ter plaatse aan hun laars: kettingen van slagbomen zijn doorgeknipt, ze rijden met de auto over ruiterpaden, hebben een autowrak neergezet en komen via illegale weg en ook met honden het terrein op.

De casus

Nadat het woonhuis jaren eerder al eens was gekraakt en ontruimd, is het te koop en te huur aangeboden. In afwachting van de definitieve bestemming is het woonhuis vervolgens tijdelijk verhuurd en in gebruik geweest. Wanneer eigenaar B verneemt dat de boerderij opnieuw is gekraakt, sommeert hij (zonder succes) de krakers het woonhuis te ontruimen. De krakers kunnen het naar eigen zeggen niet langer aanzien dat de woning structureel niet in gebruik is en menen recht te hebben op – gratis – woonruimte. Ze zullen het pand goed beheren en willen wel een antikraakovereenkomst sluiten. B vordert in kort geding de ontruiming van de krakers op straffe van een dwangsom van 150 euro per dag, en een herkraakverbod van één jaar. Door zonder toestemming in het woonhuis te verblijven, plegen de krakers een strafbaar feit en handelen zij onrechtmatig. Zij hinderen B in zijn bedrijfsactiviteiten: de boerderij is niet te verkopen of te verhuren, B lijdt schade en loopt bovendien een verzekeringsrisico. Doordat sprake is van een strafbaar feit kan een belangenafweging achterwege blijven, aldus B. Volgens de krakers, die wijzen op het verdragsrechtelijk beschermde huisrecht en hun woonbelang, ligt er helemaal geen concreet plan voor verkoop of verhuur en is de vordering dus niet spoedeisend.

Het oordeel van de rechter

De rechter ziet dat spoedeisend belang wel, aangezien B serieuze pogingen doet om het woonhuis te verkopen. Dat krakers een gebruiksovereenkomst willen sluiten, het woonhuis netjes bewonen en zullen meewerken aan bezichtigingen en oplevering wanneer zich een huurder of koper aandient, doet niet af aan het belang van B bij ontruiming. Het staat de eigenaar vrij ervoor te kiezen het woonhuis in lege staat aan te bieden en niet met krakers te contracteren. B heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat hun aanwezigheid potentiële kopers kan afschrikken. Daarbij staat eventuele leegstand na ontruiming niet in de weg aan spoedeisend belang, concludeert de rechter, nu die leegstand geen ongerechtvaardigde leegstand is. Ook een beroep op bescherming van het huisrecht kan krakers niet baten. Dat grondrecht is in principe alleen relevant in de verhouding tussen particulieren en de overheid. Het kan tussen particulieren enkel een rol spelen als de een de ander al te zeer in de uitoefening van zijn grondrechten beperkt – en dat is hier niet het geval. Het belang van B bij de verkoop- en verhuuractiviteiten weegt zwaarder dan het met eigenrichting afgedwongen huisrecht van krakers. Dat krakers niet (lang genoeg) ingeschreven staan als woningzoekenden kan niet voor risico van de eigenaar komen. Kraken is een misdrijf en krakers handelen alleen al om die reden onrechtmatig. Vonnis: ontruiming binnen drie dagen, met herkraakverbod en dwangsom zoals gevorderd. (Uitspraak Rechtbank Gelderland van 23 juni 2014, ECLI:NL:RBGEL:2014:3844)