Geen schotelantenne als je ook kunt streamen

Huurder huurt een woning van verhuurster op een A-locatie, in een onder architectuur gebouwd en beeldbepalend gebouw. Bij bepaalde oudere gebouwen staat verhuurster het plaatsen van schotelantennes onder voorwaarden wel toe, maar in dit soort nieuwbouwcomplexen is dat niet het geval, om discussies en klachten te voorkomen.

De casus

Huurder had met de door hem opgebouwde woonduur een woning zonder schotelverbod kunnen betrekken, maar heeft voor de markante woning in een havenpakhuis gekozen. Ondanks het verbod plaatst hij op het balkon aan de voorzijde een schotelantenne. Verschillende andere huurders volgen dat voorbeeld. Omdat huurder ook na verschillende verzoeken daartoe de schotel niet verwijdert, start verhuurster een procedure. Het recht van vrije nieuwsgaring is geen absoluut recht en verhuurster heeft op grond van esthetische redenen groot belang bij handhaving van het contractuele schotelverbod. De kantonrechter bekijkt de alternatieven voor de ontvangst van zenders in de taal van huurder en neemt daarbij als uitgangspunt dat 7 à 8 zenders via een gebruikelijk televisiescherm moeten kunnen worden ontvangen. De rechter wijst de vorderingen van verhuurster af, omdat volgens hem tegenover het belang van huurder op een fraaie, ongestoorde ontvangst slechts het belang van verhuurster staat beschadigingen en klachten van medehuurders te voorkomen en ontsiering tegen te gaan. Verhuurster kan zich niet in dat oordeel vinden; er zijn volgens haar voldoende gelijkwaardige alternatieven en bovendien heeft huurder door ondertekening van het huurcontract afstand gedaan van zijn recht op vrije informatievergaring.

Het oordeel van de rechter

Het hof erkent het belang van huurder bij de ontvangst van zenders in zijn taal, maar vindt – anders dan de kantonrechter – dat verhuurster op grond van haar esthetische belangen wel degelijk een zwaarwegend belang heeft. Huurder heeft overigens door ondertekening van het contract geen afstand van het recht op vrije informatievergaring gedaan, maar het feit dat hij met het schotelverbod heeft ingestemd, is wel relevant: hij kan om die reden minder snel aanspraak maken op precies díe (kwaliteit van) programma’s waaraan hij de voorkeur geeft. Uit de presentatie van verhuurster blijkt volgens het hof dat er voldoende programma’s real time of achteraf te bekijken zijn via internet, ook al zijn die gestreamde programma’s soms van mindere kwaliteit. De beschikbare alternatieven doen niet wezenlijk afbreuk aan het recht van huurder op vrije nieuwsgaring. Een rol speelt verder dat de geplaatste schotelantenne duidelijk zichtbaar is en de gevel van het gebouw ontsiert. Het gebouw, een oud havenpakhuis, is gelegen op een beeldbepalende locatie en heeft een strakke architectuur. Verhuurster kan zich dan ook op esthetische gronden verzetten tegen de aanwezigheid van de schotelantenne. Dit bezwaar komt volgens het hof extra gewicht toe, nu is gebleken dat na de plaatsing van de schotelantenne door huurder meerdere bewoners van het complex een schotelantenne hebben geplaatst, zodat de vrees voor precedentwerking reëel is gebleken. Tot slot is plaatsing van een (centrale) schotel op het dak geen optie. Huurder moet de schotelantenne binnen drie dagen verwijderen. (Uitspraak Gerechtshof Amsterdam van 16 december 2014, ECLI:NL:GHAMS:2014:5417)